Man riskeert 6 jaar cel voor 'relatie' met stiefdochter

vrij 21 mei 2021

Een man van 40 uit Lier riskeert zes jaar cel voor misbruik van zijn 20-jarige stiefdochter. De man zit al in de cel voor een moordpoging. Zowel de beschuldigde als de stiefdochter ontkennen dat er sprake is van misbruik.

De bal ging in juni 2020 aan het rollen toen de moeder van de jonge vrouw haar dochter ging aangeven bij de politie voor seksueel misbruik van haar eigen halfbroertje. In die zaak is de minder begaafde vrouw intussen veroordeeld, maar ze kreeg een opschorting van straf.

De moeder verklaarde toen ook dat de jonge vrouw een incestueuze relatie had met haar stiefvader. Die verklaring deed de alarmbellen afgaan. De twee werden een tijdje later ook betrapt toen ze seks hadden in het bedrijf waar ze allebei werkten.

Volgens het openbaar ministerie probeerde de stiefvader de schuld in de schoenen van de jonge vrouw te schuiven. Zij nam daarbij de schuld op zich, maar volgens de aanklager wijst alles erop dat ze dat enkel deed omdat ze schrik heeft van haar stiefvader en moeder.

Verzonnen

De verdediging ontkende in de rechtbank dat er sprake was van een relatie. Volgens de advocaat was de beschuldigde erachter gekomen dat zijn vriendin hem had bedrogen. En wilde hij haar dat betaald zetten.

Daarom verzon hij volgens zijn advocaat een relatie met de stiefdochter. Om de vrouw te kwetsen. Maar van een echte incestueuze relatie was nooit sprake. Zo zei de verdediging. Dat ze betrapt werden tijdens seks, was omdat ze beide even in de war waren en een moeilijk moment hadden, zo zeiden ze nog.

Volgens het parket werd de zwakbegaafde vrouw zo onder de knoet gehouden door haar stiefvader dat zij niet anders durft dan zijn spelletje meespelen. Het vraagt daarom een effectieve gevangenisstraf van zes jaar. Momenteel zit de beklaagde al in de cel. Hij werd veroordeeld tot zeven jaar effectief nadat hij de minnaar van zijn vriendin probeerde te vermoorden.

De advocaat vraagt de vrijspraak. Als er al een relatie was, dan was het met wederzijdse toestemming, zegt de verdediging. Er is misschien een ethische grens overschreden, maar geen juridische, zo eindigde de verdediging.

Foto: archiefbeeld