Dansynsconvent in Mechelen gered van stabiliteitsproblemen dankzij Vlaamse steun

Convent in Begijnhof Mechelen
© GVA

Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Ben Weyts investeert 50.000 euro in het zogenaamde Dansynsconvent in Mechelen, vandaag bekend als het ‘Koraalhuis’ dat opvang biedt aan kansarmen en minderbedeelden. Het is een 17de eeuwse begijnhofwoning die kampt met ernstige stabiliteitsproblemen aan de zijgevel en de houten roosteringen, waardoor grote schade dreigde.

Dankzij de investering kan het pand en de dag- en nachtopvang die er gevestigd is voortbestaan. Het gebouw ligt op de hoek van de Conventstraat en de Hoviusstraat, in het hart van Mechelen. Het is de laatste woning die in 1644 werd gebouwd in deze straat, die vanaf 1620 werd aangelegd als uitbreiding van het Mechelse Begijnhof.

Het pand is eigendom van de Kerkfabriek, die er het Koraalhuis in onder liet brengen, waar dag- en soms ook nachtopvang georganiseerd wordt voor kansarmen. Er zijn echter ernstige stabiliteitsproblemen aan het metselwerk en de houten structuren aan het licht gekomen, waardoor het gebouw dreigt grote schade op te lopen.

Concreet worden de ernstige stabiliteitsproblemen van het metselwerk en de houten structuren aan de zijgevel en de houten roostering aangepakt. Een groot deel van het metselwerk wordt gedemonteerd en heropgebouwd op traditionele wijze. De totale kostprijs bedraagt 123 000 euro, Vlaanderen betaalt 50.000, de rest is voor de Kerkfabriek.