Die variatie heeft alles te maken met de ligging van het gebied. “Achter de dijk in de plas spelen wind en temperatuur een grote rol. Op sommige plaatsen heb je dikker en mooier ijs, maar daar kan je dan weer niet altijd bij omdat het dieper is,” zegt de ijsmeester.
Hoewel het ijs technisch sterk genoeg is, schuilen er toch risico’s. Door de begroeiing onder en door het ijs is het oppervlak niet overal egaal. “Als solitaire schaatser neem je weinig risico, maar je moet goed kijken waar je rijdt. Zeker als je wat sneller gaat, is het echt opletten,” waarschuwt Van Bruyssel.
“Voor een snelschaatser is dit niet geschikt. Je moet constant uitwijken voor obstakels. Maar om te spelen op het ijs? Daar is het perfect voor. En daar begint het tenslotte allemaal mee,” besluit de ijsmeester.
